Een invalpool is een regionale oplossing om snel en goed vervanging te organiseren bij ziekte of afwezigheid van leraren. Het doel: continuïteit van het onderwijs, lagere werkdruk voor collega’s, aantrekkelijkere contracten voor leraren en het verminderen van de inzet van commerciële uitzendbureaus.
In het primair onderwijs bestaan invalpools al langer met succes (bijvoorbeeld Transvita en VOTA). Voor het voortgezet onderwijs werd een invalpool tot nu toe vaak als te complex gezien, onder meer door de variatie in bevoegdheden en de grotere reisafstanden.
Ontwikkelde instrumentarium
Met ondersteuning van Infinite hebben enkele onderwijsregio’s een instrumentarium VO-invalpool ontwikkeld. Dit is een levend document: regio’s kunnen zelf onderdelen toevoegen of weglaten, afhankelijk van wat lokaal werkt.
Het instrumentarium bevat onder andere:
Uitgangspunt: een pool is alleen succesvol als deze aantrekkelijk is voor zowel leraren als besturen. De VO-raad en de bonden zijn en blijven betrokken bij de ontwikkeling van de invalpools. In het materiaal is daarom rekening ook gehouden met bijvoorbeeld CAO-afspraken.
Waarom een VO-invalpool?
Waarom is dit belangrijk?
- Vaste en grotere betrekkingen maken het beroep aantrekkelijker voor starters en potentiële leraren.
- Leraren ervaren meer autonomie bij voltijd- en grotere deeltijdbanen.
- De kwaliteit en continuïteit van onderwijs nemen aantoonbaar toe.
De huidige situatie in het VO laat zien dat dit nog ver weg is:
- 23% van de leraren heeft een tijdelijk contract.
- Ook na het eerste jaar heeft 11% nog steeds een tijdelijke aanstelling.
- 50% van de schoolbesturen haalt de 80%-norm voor vaste contracten niet.
- 52% van de vacatures wordt kleiner dan 0,65 fte aangeboden (28% zelfs kleiner dan 0,45).
- 4,7% van de personeelslasten gaat naar personeel niet in loondienst (waarvan 53% naar leraren).
Een invalpool kan scholen helpen deze risico’s beter te managen.
Financiële voordelen
In 2023 gaven VO-scholen €418 miljoen uit aan externe inhuur, waarvan €232 miljoen voor leraren. Kostenvergelijking: docent in loondienst ≈ €58 per uur, externe ≈ €113 per uur. Het verschil zit vooral in bureaumarge (~25%) en btw. Besparingspotentieel door interne flexibilisering: ongeveer €100 miljoen, oftewel €100.000–€400.000 per schoolbestuur.
Stand van zaken
Twee onderwijsregio’s starten binnenkort met een VO-invalpool met beperkte omvang (alleen de kernvakken of een beperkt geografisch gebied). Eén regio die al een pool had, herziet de aanpak met het nieuwe instrumentarium. Andere betrokken regio’s nemen het instrumentarium mee in hun planvorming.
Wat betekent dit voor jouw onderwijsregio?
Een VO-invalpool kan:
- zorgen voor continuïteit in het onderwijs en lagere werkdruk voor leraren;
- het beroep aantrekkelijker maken (vaste contracten, grotere betrekkingen, ontwikkelmogelijkheden);
- de kosten voor externe inhuur structureel verlagen.
Vervolg
Het instrumentarium is eenmalig vastgesteld. Het is open-source materiaal, dus je kan het gebruiken in je eigen context en aanpassen aan jouw situatie. Wil je starten met planvorming? Neem dan contact op via: c.compas@minocw.nl of met je eigen regio-adviseur. Samen kunnen we het materiaal doornemen.
Het is nu aan de onderwijsregio’s om de pool verder te ontwikkelen en in te passen in hun regionale plannen.